Apine experiences around Mt. Cook
Door: Stefan en Liesbeth
Blijf op de hoogte en volg Stefan en Liesbeth
18 April 2006 | Nieuw Zeeland, Wellington
Als we opstaan, is het boven Omarama flink opgeklaard. Het is net alsof iemand met een lineaal een streep op de bergen heeft gezet waarboven alles wit is - de sneeuwgrens is een kaarsrechte lijn.
Richting Mt. Cook hangen dikke wolken, maar daar laten we ons natuurlijk niet door tegenhouden.
We rijden door het plaatsje Twizel naar lake Pukaki. Dit meer is zo'n 30 kilometer lang en vult het einde van het dal dat de Tasman glacier heeft uitgeslepen toen-ie nog veel langer was. Waar het meer eindigt, begint een breed dal met een platte bodem, aanvankelijk bedekt met gras en bosjes, later simpelweg met puin. Weer zo'n 30 kilometer verderop begint de Tasman glacier, met 28 kilometer de langste gletsjer van Nieuw-Zeeland.
Halverwege het dal splitst er zich een zijdal af; Hooker valley, waarin Mt. Cook village ligt.
Onderweg ben ik blij dat er deze keer nauwelijks wind is. Toen Liesbeth en ik in 2004 hierheen reden, stormde het zo hard dat ik moeite had om de camper op de weg te houden...
Onderweg regent het, maar eenmaal in het dorp vallen er alleen nog wat verdwaalde spetters. We bezoeken de plaatselijke VVV en drinken koffie. Dit dorp bestaat 100% van en voor het toerisme, een beetje vergelijkbaar met Zermatt of Saas Fee in Zwitserland. Spreekt ons niet zo aan, maar de omgeving maakt heel wat goed. Nergens anders in Nieuw-Zeeland zit je zo makkelijk midden in de bergen.
Maar het zit ons niet mee. We moeten de camera legen en dat kan hier niet; en onze tankdop ligt nog in Twizel... Terug naar Twizel dus. Daar aangekomen zit de tankdop zo weer op z'n plek, maar voor de foto's moeten we wachten tot morgen, wanneer de fotoshop weer open is. Er zit dus weinig anders op dan in Twizel te overnachten. We maken er een rustig middagje van.
Maandag 10/4
We rijden maar weer eens naar Mt. Cook village. Nog even en ik ga de weg kennen hier. Het weer is ronduit super.
Vlak voordat Hooker valley en Tasman valley bij elkaar komen, maakt Hooker valley een bocht. Hooker glacier heeft hier in lang vervlogen tijden een serie steile, hoge rotswanden uitgesleten: de Sebastopol bluffs, tot 300 meter hoog.
Niet moeilijk te raden wat wij gaan doen natuurlijk... het is weer tijd om touw, helm, schoentjes en andere apparatuur uit de rugzak te vissen.
Het klimmen hier is te typeren als "alpien sportklimmen". De routes zitten niet ver boven het dal, maar zijn vaak meerdere touwlengtes lang en blootgesteld aan alpiene omstandigheden (meerdere touwlengtes wil zeggen dat we onderweg naar boven een aantal tussenstops moeten maken omdat het touw niet lang genoeg is om in een keer boven te komen). In sommige routes zitten haken, in andere niet.
Als we naar de wand toelopen, komen we een DoC-bordje tegen, dat waarschuwt dat "existing anchors may be unsafe". Tja, maar die vlieger gaat meestal op... er is geen centrale instantie die toeziet op de kwaliteit van de haken. Dat moet je zelf doen en dat weten we. Al met al geen nieuwe informatie: op naar boven.
Wij kiezen "Red arete", een klassieke route. In 1894 is-ie voor het eerst beklommen door Tom Fyfe en companen, als oefening voor de eerste geslaagde beklimming van Mt. Cook.
De originele route liep tot bovenop de bluffs. Wij doen alleen de eerste helft, 5 behaakte touwlengtes. Dat betekent wel dat we alles ook weer moeten abseilen, want we eindigen midden in de wand. Daar vandaan komen we niet op een paadje ofzo.
De eerste twee touwlengtes leiden ons over gemakkelijke rotsplaten naar een beboste rotsband. Daarna komen we in steiler terrein, maar de route volgt nu een gebroken graat aan de rechterkant: al met al een ontspannen klim in redelijk gemakkelijk terrein.
Toch dwingt de historische beklimming heel wat respect af. Dat was de tijd van een touwtje om je middel en misschien hier en daar een mephaak; want de belangrijkste maatregel tegen vallen was "through the skilled use of hand en footholds". Hoe anders is het nu met wrijvingschoenen, boorhaken etc. Het klimmen toen is niet te vergelijken met nu.
Eenmaal boven genieten we uitgebreid van het prachtige uitzicht. Overal om ons heen staan zwaar vergletsjerde pieken; een mooi contrast met het vlakke dal. Er waait een stevige bries, maar de dikke wolken rond de hoofdkam, een paar kilometer naar het westen, blijven daar hangen. We drinken koffie... lang leve de thermoskan! Dan, zonder waarschuwing, draait de wind een beetje, verdwijnt de zon en begint het te spetteren. Alhoewel we voor de afdaling geen droge rots nodig hebben, is het een eind naar beneden en we hebben geen regenspullen bij ons. Ik hoop dat mijn 60 meter touw ons in 2 keer abseilen beneden brengt, maar dat is ijdele hoop. Al snel wordt duidelijk dat we 4 keer moeten abseilen voor we weer beneden staan.
Gelukkig zet de regen niet door. Een nat pak blijft ons bespaard en eenmaal beneden schijnt de zon weer.
Na deze "expeditie" is het inmiddels 16:00 uur. We rijden naar de "White horse hill" DoC campsite.
's Avonds schijnt de volle maan zo fel, dat je er makkelijk bij zou kunnen lezen. De camera weet er echter geen raad mee, want een poging om de door maanlicht beschenen bergen vast te leggen op de gevoelig plaat mislukt jammerlijk. Misschien wel een nadeel van digitale fotografie...
Dinsdag 11/4
Vandaag doen we een "echte" toeristische wandeling: vanaf de campground via Mueller lake naar Hooker lake en weer terug. Het pad loopt eerst langs de plaats waar de eerste Hermitage stond (in 1915 door een overstroming weggespoeld). We zijn bepaald niet alleen, maar wat een uitzicht...
Het meer onderaan Mueller gletsjer is het enige dat vlak is in dit landschap. Aan de oevers staan steile, hoge gletsjermorenes, waar witte bergen bovenuit torenen. Door de verse sneeuw zien Mt. Sefton (3.151 meter) en the Footstool (2.764 meter) eruit alsof ze zo uit de Andes of Himalaya zijn weggelopen.
Dan gaan maakt het dal een bocht en krijgen we Mt. Cook in al z'n majesteit voorgeschoteld. De foto's moeten dat verhaal maar vertellen. Het grote hoogteverschil draagt in elk geval bij aan het indrukwekkend schouwspel. Hooker lake ligt op ongeveer 900 meter, terwijl de "lower peak" van Mt. Cook (waar we tegenaan kijken) 3.593 meter hoog is.
Hooker lake ligt vol met ijsschotsen, blijkbaar is er een tijdje geleden een stuk van de gletsjer afgebroken.
We nemen er onze tijd, maar al die bergen om me heen... jeukende handjes :-)
Toen we in Fox glacier waren, hebben we ons oog laten vallen op de Copland track. Deze begint in de buurt van Fox en stijgt in twee dagen naar de Douglas rock hut. De track eindigt daar, maar in het verlengde ervan ligt een alpiene overgang over de Copland pass (2.150 meter) naar deze vallei, aan de andere kant van de hoofdkam. Een serieuze tocht van 4 of 5 dagen... iets voor een volgende keer.
We hebben er nu een klein stukje van gelopen, maar bij Hooker lake gaat het pad over in een "alpine route". Ik spot hem en verken het eerste stukje alvast. Daarna keren we terug naar Mt. Cook village.
Eenmaal terug plunderen we de shop van het informatiecentrum. Daarna besluiten we dat we vanavond bij de Hermitage, het hotel waar Mt. Cook village omheen gebouwd is, zullen overnachten. Alweer veel te lang geleden dat we in een "echt" bed hebben geslapen. De Hermitage is nogal posh maar de motel units kosten niet eens zoveel vanwege de "rate of the day" vanmiddag. 's Avonds doen we nog een aardige poging om het buffet van het Alpine resraurant leeg te eten.
Woensdag 12/4
Na ontbijt in de Hermitage gaan we klimmen. Waarom toch altijd weer klimmen? Om allerlei redenen, maar eentje is uniek voor Nieuw-Zeeland. We zijn niet echt vroeg, maar als we ons campertje langs de weg parkeren, zijn de rotsen wederom totaal verlaten. Waren wij hier vandaag niet gaan klimmen, dan was dat waarschijnlijk zo gebleven. En misschien morgen ook wel.
Medeklimmers, zet daarnaast even het beeld van de Jeunesse in Freyr op een zondagochtend en je begrijpt waarschijnlijk wel wat ik bedoel...
Naast onze camper stopt een auto, een man en een vrouw stappen uit. Ze vragen ons naar het klimmen hier. Het blijkt een Amerikaans/Canadees paar te zijn, ook klimmers, die voor 2 weken op huwelijksreis zijn; hun spullen, echter, hebben ze thuis gelaten. Als we vertellen over de vele mogelijkheden in NZ, worden ze best wel enthousiast.
Dan is het "cheers mate!" en lopen wij het paadje weer omhoog. Onze route voor vandaag heet "Shark attack", 3 touwlengtes een stukje links van "Red arete", wat zwaarder en een stuk interessanter.
De eerste touwlengte, die door twee routes gedeeld wordt, moet ik nog een beetje op gang komen; de "scrambled eggs, bacon and hash browns" van het Hermitage-ontbijt zitten een beetje in de weg bij een paar onverwacht subtiele pasjes niet al te dicht bij een haak... of misschien voelde dat alleen maar zo :- )
Dan zijn we op de eerste standplaats. Links, tussen de bosjes, gaat "Let's go Bushwalking" verder. In tegenstelling tot wat de naam lijkt aan te duiden, is een kapmes niet nodig; de route zigzagt slim tussen de bosjes door en blijft de plaat volgen.
Ik klim vier meter naar rechts om de lijn met haken van "Shark attack" op te pikken. Dan moet ik weer omhoog, door een kleine overhang. Moeilijk is het niet, en ook Liesbeth weet zich hier - ondanks haar lengte - goed overheen te werken.
Dan staan we op een begroeid bandje, die de "lower slabs" van de "upper slabs" scheidt: "Sesame street". Hier beginnen routes met klinkende namen als "miss Piggy", "Ernie" en "Bert".
"Shark attack" gaat recht omhoog, over een steile rotsplaat. Het is de "hardest pitch" en dat is te merken. Vlak voor de eerste haak is het gedaan met de comfortabele grepen en treden. Dan is het wrijvingsklimmen "pur sang" geblazen: vingers achter een randje en goed staan op je voeten. Tussen de haken door slalom ik naar boven, telkens een beetje zoekend naar de goede weg. 17 (5c) is het wel, maar alles is ruw en de wand laat zich goed 'lezen'. Bij de laatste twee haken wordt het minder steil; al snel nemen de moeilijkheden af.
Liesbeth heeft er geen moeite mee. Ze danst over de plaat omhoog, nauwelijks gehinderd door de grote gaten die in haar klimschoentjes gapen. Dat krijg je van 8 weken klimmen hier...
Dan zitten we alweer op het bekende schoudertje en is het weer tijd voor koffie; deze keer zelfs met koekjes! Terwijl we een beetje relaxen op deze riante standplaats, scheert er een helikopter rakelings langs de rotsen onder ons. We zijn blij dat we niet net aan het abseilen waren, dat zou wel even schrikken zijn geweest...!
We overwegen een bestijging van "Kermit", de route naast ons, die nog een touwlengte verder omhoog gaat. Maar de camera heeft de geest gegeven. "No photo's, no glory!" Bovendien is het niet zo vroeg meer. bseilen dus maar.
We besluiten tot een experiment: kunnen we in 3 abseils beneden zijn i.p.v. 4? Via de ketting onderaan "Kermit"? Deze weg voert ons wel door de begroeide band (als ik daaronder op Liesbeth wacht, hoor ik haar "steen!" roepen, waarop een flink exemplaar komt langsbrommen) en het betekent dat we ons een meter boven de grond moeten losmaken van het touw, maar we halen het!
We zwaaien Mt. Cook tot ziens en we rijden naar Twizel, waar een fotoshop zit. Zij kunnen onze camera helaas niet repareren. Even overleggen en we besluiten maar een nieuwe te kopen. We rijden naar het oosten en kamperen aan lake Tekapo.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley